Hoera! We hebben schipbreuk geleden op een onbewoond eiland, moeten voor ons eigen voedsel zorgen en proberen om terug naar de bewoonde wereld te geraken! In elk opzicht is dit een doemscenario doch maken andere een spel over. Overleef je mee?
Gestrand
Op het succes meedeinen van titels zoals Stardew Valley en Harvest Moon, het is niet iedereen gegeven. Genrebepalende games zijn dan ook zeldzaam. Een paar keer per generatie krijgen ze de kans om dat gevestigde genre op zijn kop te zetten, een klassieke lus definieert of een nieuwe soort gameplay introduceert die het genre wat dieper uitgraaft. Helaas zijn er ook de games die veel leentjebuur spelen maar er toch niet in slagen om een eigen stempel achter te laten.
Stranded Sails start met je vader die zegt “ik ben het hier beu, we zijn weg”, je alles op het schip doet laden en uiteindelijk weg zeilt. Onderweg komt er de cliché storm en strand je op een onbewoond eiland. Je crew is op 1 van de omringende eilanden gestrand en het doel is te zorgen dat je voedsel verzamelt, het nodige materiaal bijeen schrapen dat je nodig hebt om te overleven en uiteindelijk je oude crew terug bijeen te krijgen. Uiteraard zorgt het materiaal voor gebouwen, die gebouwen zijn speciaal voor je crew die elk hun eigen vaardigheden hebben en die instaan voor verschillende aspecten in je voortgang naar het einddoel. Het einddoel? Een schip maken om van het eiland te geraken tiens! Alvorens er ergens een ijsbeer opduikt. Op een tropisch eiland.
Gevoelsmatig
Wat mij aanspreekt in dit soort games is de diepgang van het grinden. Ik vernoemde My Time at Portia al en daar zit hem de moeilijkheid in dat er misschien iets teveel ingrediënten zijn om te verzamelen en in bruikbare voorwerpen te gieten. Dit is precies het omgekeerde. Ik heb niet het gevoel dat ik zelf moet uitzoeken welke onderdelen bij welk gebouw of voorwerp past. Alles word voor mij herkauwd tot hapklare brokken en ik netjes het stappenplan kan volgen. En als ik dan netjes dat aan het doen ben, fnuik ik mijzelf door de besturing. Immers, door de stick te bewegen kun je scrollen door de menu’s om gereedschap, voedsel en zaden te selecteren. Bij de minste beweging schakel je over naar een ander gereedschap. Laat dat net niet handig zijn als je met een volle emmer aan het bewegen bent, je iets anders selecteert en “magisch” de inhoud van die emmer water gewoon verdwijnt. Ook de manier waarop we de gebouwen en de mannetjes aan het werk zien doen eerder denken aan een mobile game dan aan een game die zich in de middenmoot van het farming genre mag nestelen.
De gameplay bestaat uit zes hoofddelen: je boerderij, koken met de groenten die je verbouwt, exploratie, craften, vissen en combat. De landbouw in dit spel is een vereenvoudigde mechanica van games zoals Stardew Valley. Gekweekt voedsel groeit supersnel en ik had bijna altijd meer voedsel dat ik kon verbouwen dan dat ik in feite nodig had. In feite begon ik halverwege het spel zaden te verzamelen, simpelweg omdat er geen reden meer was om ze te blijven planten.
We spelen een (gok)spel!
Het doel van het verbouwen van je groenten is om er mee te gaan koken. En hoewel dit het meest uitgewerkte systeem is, is dit ook het moeilijkste goksysteem van het spel. Het bestaat allereerst uit twee delen, individuele recepten die wij moeten meenemen om onze energie op peil te houden en de grote stoofpot die we maken voor onze crew in het kamp.
Het voedsel dat we kunnen meenemen is een gokspel. Zoals in andere games zorgt verschillend voedsel voor verschillende energiewaarden. So far so good. En dan moeten we de recepten gaan ontdekken. In andere games word dit ons mondjesmaat aangeleerd op verschillende manieren, hier is het een gokspel. Gooi maar wat in de pot en hopelijk komt er iets eetbaar en energierijk uit. Elk recept heeft tussen de 2 en 4 ingrediënten die wij tijdens deze reis zullen ontdekken. Elk eiland bevat nieuwe voedselproducten, zaden, kruiden en vis om te vangen. Elke keer als we nieuwe onderdelen vinden komt er een vraagteken in ons receptenlijstje en kunnen we proberen het gerecht samen te voegen. Het vereist wel enig denkwerk want we moeten onthouden wat eerder niet werkte. Vervolgens mogen we ze in de juiste volgorde in de bubbels op het scherm plaatsen. Het systeem zegt gelukkig wel wat er goed en fout was en in welke volgorde maar het is toch een geklooi met klikken en slepen. Enfin, een beetje een doorslag van de eerder vernoemde besturing.
Het tweede stuk van deze kookpuzzel is de kampstoofpot. Het bestaat uit elk favoriet ingrediënt voor elk van de crew die wij tot dan toe hebben terug gevonden. Dit zal een roze meter (van tevredenheid uiteraard) doen toenemen en de sfeer van het team bevorderen. Zodra deze volledig rond is, komt er een nieuwe upgrade voor het kamp of kunnen we een nieuwe gereedschapsset ontgrendelen. Het moet een gevoel van kameraadschap geven die ik ergens wel charmant vind maar toch weer te lichtvoetig acht. Misschien speel ik daarom dit soort spellen graag, wie zal het zeggen?
Verdwalen in je eigen verveling
Om je crewleden en andere benodigdheden terug vinden zal je de andere eilanden moeten verkennen. Dit alles kost natuurlijk energie en ook hier wringt weer het schoentje. Lopen kost energie, een bootje roeien kost energie, je groentjes kweken kost energie. En ja, dat is ook in het échte leven maar voor mij voelt het eerder alsof je de beperkte kaart probeert in te dekken door een systeem in te bouwen zoals dit. Zeker, je kan voedsel meenemen om je energie op peil te houden maar in het begin zeul je ook nog eens beperkt voedsel mee waardoor je niet veel taken gedaan krijgt op “een dag”. Want natuurlijk, even tussendoor een tukje doen is handig maar niet als je je aan de andere kant van het eiland bevind. De taken die je uitvoert voelen aan alsof ze onderdelen van een questsysteem van een mobile game zijn. Het word al vrij snel saai en repetitief, iets wat je eigenlijk vergeet in een andere game van hetzelfde genre.
Ook het verzamelen van onderdelen om in het craft systeem te gebruiken werkt op deze manier. Je hebt maar een beperkte ruimte om dingen in op te slaan en bent eigenlijk constant heen en weer aan het lopen zonder het gevoel dat je progressie maakt. Het beste voorbeeld is te vinden ongeveer in het midden van de game. Wanneer wij materiaal moeten verzamelen om zogenaamde draagbare brugkits te bouwen om toegang te krijgen tot nieuwe delen van het eiland. Tijdens het verzamelen valt het op dat je genoeg materiaal vind om 1 brug tegelijk te maken. Meer niet. Dat haalt het tempo van het heen en weer wandelen naar beneden. Ook weer een trucje om de speeltijd van het spel te verlengen.
De twee laatste systemen tenslotte zijn vissen en combat. Vissen is een eenvoudig systeem dat lijkt op hetzelfde systeem als in Stardew Valley. Je ziet de rimpelingen op het water en drukt op tijd om je vis netjes binnen te halen. Leuk maar slorpt wederom redelijk wat energie.
De combat is miniem en beperkt zich vooral tot het laatste deel van de game. En eigenlijk is dat het equivalent van “zwaard vooruit en hopen dat je iets raakt”. Geen geavanceerde ontwijkingen of verdedigende poses. Dat maakt het toevoegen van een heuse “gevechtsarena” ook nog eens compleet overbodig.
Conclusie
De saus die deze game moet binden en op smaak brengen is gewoon te weinig om mijn honger te stillen. Het is te gemakkelijk, te overbeschermend, te kortzichtig. De verschillende mechanieken die ik ben tegen gekomen rekken het spel onnodig om de minpunten te verdoezelen maar men bereikt eigenlijk het omgekeerde effect. Ben je op zoek naar games in het landbouw/rpg genre? Koop bovengenoemde games maar laat dit gerust links liggen.